Categorieën
WoordHoek

Onderhoudend in katzwijm

Je leven lang blijf je woorden en uitdrukkingen leren, ondervindt Ewoud Sanders.

Veel ouders gaan er, vermoed ik, van uit dat zij een groot deel van hun eigen woordenschat overdragen op hun kinderen. Ik heb het dan niet over vakjargon, noch over de vele moeilijke, deftige woorden die het Nederlands telt, maar over de taal van alledag – de woorden en uitdrukkingen die je in de loop der jaren rondstrooit.

Dat het in de praktijk anders werkt, merkte ik de afgelopen week in gesprekken met mijn twee zoons. De jongste is 26, de oudste 30.

In een gesprek met de jongste gebruikte ik onlangs het woord onderhoudend. Ik vertelde dat ik iets had gezien dat ik heel onderhoudend vond. “Wat bedoel je daar precies mee?”, wilde hij weten.

Onderhoudend is geen modewoord, zoals bijvoorbeeld mieters, ges, tof of cool. Desondanks is het kennelijk aan het verouderen. Althans, ik vroeg op Twitter of ouders bij hun kinderen wilden nagaan of onderhoudend inmiddels onbekend is geworden. Enkele reacties: “Mijn zoon (28) – inmiddels afgestudeerd – moest het opzoeken.” Iemand anders antwoordde: “23-jarige dochter hier (Rotterdam) denkt iets als ‘verrijkend’.” Nog een reactie: “Gebruik het Engelse equivalent ‘entertaining’ en iedereen snapt het waarschijnlijk.”

Dat laatste is zonder twijfel waar. Volgens Google komt entertaining veel vaker op Nederlandse websites voor dan onderhoudend (dat overigens door Van Dale wordt gedefinieerd als ‘aangenaam, gezellig, amusant’).

Of ik onderhoudend vroeger, toen mijn kinderen nog thuis woonden, vaak heb gebruikt, weet ik natuurlijk niet – dat soort dingen onthoud je niet. Kennelijk heeft het nooit indruk gemaakt, of vonden ze het de moeite van het onthouden niet waard. Het stomme is: hoe meer ik erop inzoom, hoe onbenulliger en tuttiger ik het woord onderhoudend begin te vinden. Dikke kans dus dat ook ik het voortaan zal vervangen door entertaining.

In katzwijm

Door naar mijn oudste zoon, bij wie ik recentelijk in een telefoongesprek de uitdrukking in katzwijm gebruikte. Korte stilte, daarna de vraag: “Wat zeg je nou?” En vervolgens de reactie: “Nooit van gehoord! En als ík het niet ken, dan kennen de meesten van mijn vrienden het ook niet, dat weet ik uit ervaring.”

Ook in dit geval deed ik een kleine test, en verdomd: bij rondvraag bleken veel jongeren in katzwijm niet te kennen.

Het is dan ook een beetje een rare uitdrukking, zeker vanwege het slotdeel zwijm. Dit wordt vaak uitgesproken als zwijn en daarom zijn er heel wat katzwijnen te vinden. Natuurlijk op internet, want dat is een goudmijn voor spellingvarianten. Eén voorbeeld: “Alleen Nick Carter kreeg het voor elkaar om met dit kapsel meisjes bij bosjes in katzwijn te doen vallen.” Maar ook in kranten duiken een hoop katzwijnen op. De Telegraaf schreef bijvoorbeeld in 2019: “En nu ligt half kokend Nederland in katzwijn.” En Vrij Nederland schreef in 2016: “Na afloop viel ik backstage in een soort katzwijn tussen een paar grote ijsbakken die waren volgestouwd met bier.”

Katzwijm betekent ‘kortstondige flauwte’. We kennen het al sinds de 17de eeuw, toen zwijm nog werd gebruikt voor ‘bewusteloosheid’ of ‘flauwte’. Katzwijm is zo genoemd, aldus een naslagwerk, “omdat katten na bijvoorbeeld een lelijke val maar heel kort versuft zijn”.

Speedy Gonzales.

Speedy Gonzales

Ik vind het grappig dat ik mijn kinderen af en toe nog een woord of uitdrukking kan leren. Vooral omdat ze er zelf naar vragen. In feite leren ze mij al sinds lang meer dan andersom. Met grote regelmaat hoor ik ze iets zeggen dat ik nog niet ken. Het gaat daarbij vooral om woorden en uitdrukkingen uit de jongerentaal. Zo zei m’n jongste zoon onlangs, om een telefoongesprek af te ronden: “Ik moet een beetje Speedy Gonzales, want zo de deur uit.” De tekenfilmserie over Speedy Gonzales is mij natuurlijk wel bekend (“Arriba, Arriba, Andale, Andale!”), maar de uitdrukking Speedy Gonzales moeten had ik nooit gehoord.

Al eerder leerde ik van hem de uitdrukking de Houdini doen. Dat betekent: opeens verdwijnen, onaangekondigd pleiterik gaan. Een voorbeeld uit de praktijk: de kroeg verlaten zonder gedag te zeggen.

Allebei gave uitdrukkingen, vind ik. Ik kijk uit naar gelegenheden om ze een keer te gebruiken.


Wilt u automatisch op de hoogte worden gehouden van nieuwe afleveringen van WoordHoek? Schrijf u dan in voor Taalpost, de gratis e-mailnieuwsbrief van het Genootschap Onze Taal.

Ewoud Sanders is journalist en taalhistoricus. Hij schrijft elke week voor het Instituut voor de Nederlandse Taal.

Twitter: @ewoudsanders